Het aantal verkeersdoden in Nederland is opnieuw gedaald. Vooral in fietsland Nederland vallen slachtoffers, vooral bij ouderen na een verkeersongeluk.
Minder doden in verkeer
Voor het tweede jaar op rij is het aantal verkeersdoden in Nederland gedaald. In 2024 kwamen 675 mensen om het leven door een verkeersongeluk. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Het zijn er negen minder dan in 2023 en zeventig minder dan in 2022. Vergeleken met het jaar 2000, toen er 1166 verkeersdoden vielen, is dat een daling van 42 procent.
Ouderen vaak slachtoffer
De meeste slachtoffers van dodelijke verkeersongelukken in 2024 waren 80-plussers. Dit is een verschuiving ten opzichte van vroeger, toen jongeren tussen de 20 en 30 het vaakst slachtoffer waren. Ouderen overlijden vooral bij fietsongelukken, terwijl jongeren vaker betrokken zijn bij auto-ongelukken.
Veel doden op e-bikes
Nederland is een echt fietsland, maar juist op de fiets vallen nu de meeste verkeersdoden. Van alle omgekomen fietsers zat bijna de helft op een e-bike. In 60 procent van de gevallen was hoofdletsel de oorzaak van overlijden. Vier op de tien kwamen om bij een botsing met een auto. In andere gevallen ging het vaak om een valpartij.
Fietshelm zelden gedragen
Fietshelmen worden in Nederland weinig gedragen. Veel mensen vinden ze ongemakkelijk of niet mooi. Toch roept minister Madlener op tot verandering. Hij benadrukt dat fietshelmen levens kunnen redden, vooral bij e-bikegebruikers en ouderen.
Auto’s veiliger geworden
Inzittenden van personenauto’s overlijden minder vaak door een verkeersongeluk dan vroeger. In 2024 waren dat er 220, tegenover 543 in het jaar 2000. Tussen 2000 en 2010 was de grootste daling te zien. De laatste tien jaar ligt het gemiddelde rond de 213 verkeersdoden per jaar.
Minder bromfietsongelukken
In 2024 kwamen dertig mensen om op een brom- of snorfiets. Dat is het laagste aantal in 25 jaar. Deze groep laat daarmee net als de autobestuurders een dalende trend zien in het aantal verkeersslachtoffers.