Watertekort als gevolg van droogte in Nederland

De zomer van 2018 was een van de droogste ooit. Je zou denken dat het eens een eenmalige droge zomer was, zoals ze wel vaker voorkomen. Maar ook die van 2019 was droog en nu op het einde van 2020, zitten we nog met een watertekort door het droge voorjaar en de droge zomer van dit jaar. En de droogte van de afgelopen jaren heeft daar niet bij geholpen.

Het recordjaar 2018

Het voorjaar van 2018 verliep tot midden mei nog vrij normaal. Pas vanaf midden mei zorgde sterk geblokkeerde luchtdrukpatronen voor lange periodes met hogedrukgebieden boven West-Europa. Dit vastgeroeste patroon bleef zowat de hele zomer aan zet. Hogedrukgebieden zorgen meestal voor rustig, droog en zonnig weer. Als we aan de juiste kant van het hogedrukgebied zitten, komen er ook hoge temperaturen mee gepaard. Door deze aanwezige hoge druk verliep de zomer van 2018 zeer droog, met een sproeiverbod en mindere of mislukte oogsten tot gevolg. Ook in Duitsland en België was het zeer droog, waardoor de Maas en de Rijn kampten met recordlage waterstanden.

Nog steeds droog in 2019

Ook in 2019 verliep de zomer droog, met regelmatig problemen en regionale sproeiverboden. De oorzaak hiervan was de opnieuw geblokkeerde luchtdrukpatronen met teveel hoge druk boven West-Europa. In 2019 was het boven op de droogte ook nog eens zeer warm. Op 25 juli, werd het in delen van Nederland meer dan 40°C, het werd nog nooit eerder 40°C in Nederland sinds het begin van de metingen in 1854. Door de hitte, verdampt het enige vocht dat er nog is, nog eens een stuk sneller. Bovendien zaten we in 2019 ook nog eens met enkele 100 millimeters watertekort dat nog dateerde van 2018, omdat het in de winter niet genoeg had geregend om de droogte te verhelpen. Vooral het oosten van Nederland kampte op het einde van de zomer nog steeds met grote neerslagtekorten.

Eindelijk wat natter

Vanaf oktober vorig jaar begon het eindelijk eens wat meer te regenen, doordat er in de plaats van een geblokkeerd patroon een westelijke stroming, met regelmatig regenzones opgang kwam. Dit is vrij normaal voor de herfst en winter. Uiteindelijk haalden, vooral gebieden in het westen van Nederland nog de kaap van 1000mm in een jaar. Normaal valt er zo’n 750 tot 850mm. Ook de wintermaand februari van 2020, verliep nog vrij nat. Maar dan kwamen we weer aan bij het voorjaar, waar de vorige jaren alles mis liep.

Het voorjaar en de zomer van 2020

Ook in 2020 namen de geblokkeerde patronen toe vanaf april. April zelf verliep daardoor al zeer droog. Op de meeste plekken viel er in april maar één vierde van de normale neerslaghoeveelheid. De oorzaak was exact hetzelfde als de vorige jaren: geblokkeerde luchtdrukpatronen, met hogedrukgebieden boven West-Europa. Mei bracht geen verandering, ook in mei viel er niet veel meer dan één vierde van de normale neerslag. Eind mei kwamen we landelijk gezien al aan een neerslagtekort van bijna 200mm. Op dat moment was het droger dan de recordjaren 2018 en 1976, het was zelfs het droogst dat het ooit geweest was eind mei.

Gelukkig kwam er in de loop van juni verandering in de luchtdrukpatronen. De vastgeroeste hogedrukgebieden maakte plaats voor meer lagedrukinvloeden, waardoor het regelmatig eens kon regenen, ook in juli zette dit patroon zich voort. Samen met het meer wisselvallige weertype, vielen de temperaturen ook lager uit dan de vorige jaren. De neerslagtekorten bleven rond de 200mm hangen. Maar in augustus werd het terug warmer, met meer hogedrukinvloeden, hierdoor liepen de neerslagtekorten weer verder op tot 250mm. Ondanks dat dit 50mm minder is dan 2018, kreeg de landbouw toch weer een klap te verwerken. Deels ook door de vrij extreem natte winter, terwijl er diep in de grond te weinig water was door de droogte van de afgelopen jaren. De grondwaterstanden staan ook eind december 2020 nog een stuk lager dan normaal, vooral in het oosten en zuiden van het land.

Gevolgen van de droogte

Tijdens het voorjaar en de zomer zijn er natuurlijk de rechtstreekse gevolgen, zoals te lage waterstanden in rivieren en beken, sproeiverboden door het te hoge waterverbruik en zelfs natuurbranden. Ook de boeren ondervinden grote problemen, ze moeten hun planten water geven, maar vaak is er niet genoeg water aanwezig om dat te doen, waardoor oogsten slecht kunnen uitvallen of zelfs mislukken. De waterschappen krijgen het ook moeilijker, ze moeten grote projecten uitvoeren, om genoeg water te hebben en er met de juiste manier mee omgaan. De waterschapsbelasting in West-Brabant stijgt volgend jaar met bijna 3%, omdat er meer geld nodig is om de projecten te realiseren. Ze moeten ook onder een tijdsdruk werken, want niemand weet wat komende zomer gaat brengen. Maar de waterschappen moeten op het ergste voorbereid zijn.

Ook op de langere termijn heeft de droogte van de afgelopen jaren invloed, vooral op de grondwaterstanden. Voor terug naar een normaal grondwaterpeil te gaan in het oosten van Nederland, zijn er zeker enkele jaren met een normale neerslaghoeveelheid nodig, met vooral ook niet te droge zomers.

Droogte leidt tot extra werk in openbaar groen

De klimaatverandering zal het in de toekomst ons alleen maar moeilijker maken. Algemeen wordt er verwacht dat er jaarlijks iets meer neerslag zal vallen in Nederland. Maar het grote probleem is dat vooral de extremen gaan toenemen. Zo stijgt de kans dat we te maken krijgen met lange droge periodes, zoals de afgelopen jaren. Maar de kans op natte periodes en veel regen op korte tijd stijgt ook. Het probleem met veel regen op korte tijd is dat het niet in de bodem kan dringen. Het meeste water stroomt gewoon weg naar rivieren of het riool, dit helpt de grondwaterstanden dus niet echt. Dat de droogte van de afgelopen zomers te linken zijn aan de klimaatverandering, kunnen we moeilijk met 100% zekerheid zeggen, maar we moeten ons zeker wel voorbereiden op meer droge zomers, want die zullen er wel komen.

Deel artikel
Meer over

Net binnen

Lees meer